Provincie en gemeen­te kunnen samen met daar­onder steden en dorpen die meer te vertellen krij­gen over hun eigen omge­ving.

Samenvoeging van kleine gemeenten levert nog on­voldoende omvang op om goed te kunnen functione­ren. Provincie en gemeen­te kunnen samen met daar­onder steden en dorpen die meer te vertellen krij­gen over hun eigen omge­ving.

JELLE DE VISSER PvdA-raadslid Boarnsterhim

De laatste tijd komt steeds va­ker het onderwerp gemeentelij­ke herindeling in de media. Als raadslid van Boarnsterhim geef ik mijn visie op de wenselijke richting. Op de voorpagina van de LC stond dat Boarnsterhim haar eigen opheffing bespreekt. Dat is onjuist; een inspreker op de raadsvergadering over de jaarcijfers meldde dat wat hem betrof en overeenkomstig de website van de partij waarmee hij zich verwant voelt (Gemeen­tebelangen, 2 zetels in de raad) de gemeente zich diende te beraden op de zinvolheid van haar eigen voortbestaan. In de krant van de volgende dag stond een verslag van een bel­rondje langs diverse bestuurs­leden van de verenigingen van plaatselijk belang in verschil­lende dorpen van onze gemeen­te. Daaruit bleek weinig enthou­siasme voor het idee van de partij die zich ironischerwijze gemeentebelangen noemt. Toen Thorbecke in 1851 de ge­meentewet introduceerde stond hem een groep mensen voor ogen die iets gemeen had­den; namelijk een woonlocatie en van daaruit een gelijkelijk belang. Dit diende een beperkte groep van geletterde belasting­betalende mannen van hooguit enkele honderden notabelen te zijn die elkaar allen min of meer persoonlijk kenden. Uit hun midden kozen deze heren dan een gemeenteraad. Hoe anders is thans de situatie: vrijwel alle inwoners van acht­tien jaar en ouder hebben kies­recht en in geen enkele gemeen­te in onze provincie kennen alle kiesgerechtigde inwoners el­kaar. Wat hebben anders ge­zegd de inwoners van Warten en Dearsum meer met elkaar gemeen dan dat ze toevallig in dezelfde gemeente Boarnster­him wonen? Dearsumers hebben zonder twijfel meer affiniteit en ge­meenschappelijkheden met Boazumers (Littenseradiel) zo­als Wartensters met de bewo­ners van het buurdorp Earnewâld (Tytsjerksteradiel). Con­clusie: Boarnsterhim is veel te groot en het woord gemeente is in letterlijke zin niet meer van toepassing op hedendaagse be­stuurlijke eenheden die we al­dus betitelen. Aan de andere kant heeft iedereen groot gelijk wanneer hij zegt dat een heden­daagse gemeente in Nederland met 19.000 inwoners te klein is om al de haar opgelegde taken goed te kunnen uitvoeren. Als twee gemeenten van ieder 19.000 inwoners echter samen­gaan ontstaat nog steeds niet een gemeente die alle taken al­leen kan doen en die voor alle juridische kwesties voldoende expertise in huis kan hebben. Conclusie: wil een gemeente in ons tijdsgewricht voldoende omvang hebben voor al haar ta­ken dan is een half miljoen in­woners een wenselijke onder­grens.We hebben tegenwoordig min­stens vier bestuurslagen: 60 procent van onze wetgeving is geïnitieerd door de EU in Brus­sel. Daaronder is ons landsbe­stuur gepositioneerd. En daar weer onder moet in mijn optiek nog één regionale laag komen: provincie en gemeenten kun­nen in Fryslan wel samen. Onder één uitdrukkelijke voor­waarde: de verenigingen van dorpsbelang alsmede de wijkverenigingen in de steden krij­gen veel meer te zeggen over hun eigen omgeving en daar­voor ook financiële middelen.Mijn overtuiging is dat door de buurt terug te geven aan de be­woners er weer meer gemeen­schapszin en betrokkenheid met de eigen omgeving ont­staat.

(bron: Leeuwarder Courant donderdag 21 juni 2007 wmm)
Bedrijven
    
WergeaTV

 

Klik op het logo voor alle video's
van WergeaTV op Youtube

www.wergea.com maakt gebruik van analytische cookies (informatie over browser, besturingssysteem en soortgelijke gegevens). 
Deze worden anoniem verwerkt in Google Analytics. Je laat deze gegevens achter door te navigeren door de website.

Lees hier de disclaimer over alle privacy-gerelateerde zaken.